Nieuws EU 01

Column: Het Unitair octrooi

Sinds 1977 is er een Europees octrooiverleningsysteem. Men kan een octrooiaanvrage indienen bij het Europees Octrooibureau (EOB), met hoofdvestiging in München en nevenvestiging in Rijswijk. Het EOB onderzoekt de octrooiaanvrage op onder meer nieuwheid en inventiviteit, en wanneer de aanvrage voldoet aan de vereisten, wordt octrooi verleend. De octrooihouder kan vervolgens zijn octrooi geldig maken (valideren) in één of meer van de aangesloten landen. Het Europese octrooi valt dus na verlening uiteen in een bundel nationale octrooien, waarbij het octrooi in elk land onderworpen is aan de nationale rechtspraak.

Wanneer er sprake is van een inbreuk- of nietigheidsdispuut, moet dat in elk land in Europa afzonderlijk volgens de nationale rechtspraak worden behandeld. Dit kan leiden tot verschillende uitspraken per land. Verder zijn vertalingen van het octrooi nodig bij validering in de verschillende Europese landen. Het huidige Europese octrooisysteem leidt daardoor tot hoge kosten voor de gebruikers.

Gemeenschapsoctrooi

Inmiddels doen 38 landen mee met het Europese octrooiverleningsysteem. Naast de 27 EU-landen zijn nog 11 andere landen aangesloten, waaronder Turkije en Zwitserland. De landen van de EU hebben al lang de wens om te komen tot een Gemeenschapsoctrooi dat voor de hele EU dezelfde rechtsgevolgen heeft en dat onderworpen is aan een uniforme EU-rechtspraak. Zo’n Gemeenschapsoctrooi valt niet meer uiteen in een bundel nationale octrooien, waardoor ook de vertalingen niet meer nodig zouden zijn.

Na een aantal mislukte pogingen in het verleden is eind 2010 een nieuw initiatief gestart om te komen tot een Gemeenschapsoctrooi. Alle EU-landen, behalve Spanje en Italië, doen aan dit initiatief mee.

De Europese Commissie heeft inmiddels een voorstel opgesteld voor een EU-verordening voor wat nu heet het Unitaire octrooi, en een voorstel voor een EU-verordening voor een talenregeling. Daarnaast is er een voorstel voor een verdrag tussen de EU-lidstaten, waarin de octrooirechtspraak wordt geregeld.

De ontwerp-verordening

Volgens de ontwerp-verordening voor het Unitaire octrooi worden Unitaire octrooien verkregen via het bestaande Europese verleningsysteem. Na verlening kan de octrooihouder kiezen tussen het huidige Europese octrooi, dat uiteenvalt in nationale octrooien, of een Unitair octrooi voor de deelnemende (25) EU-landen. Het Unitaire octrooi zal dezelfde rechtsgevolgen hebben in alle deelnemende lidstaten. Voor de instandhouding van een Unitair octrooi zal jaarlijks een taxe moeten worden betaald die ongeveer gelijk zal zijn aan die van een gemiddeld Europees octrooi onder het huidige systeem (geldig in ca. acht landen).

Unitaire octrooien zullen, net als de huidige Europese octrooien, verleend worden in het Engels, Duits of Frans, met een vertaling van de conclusies in de twee andere werktalen. Volgens de ontwerp-verordening voor de talenregeling zijn verdere vertalingen voor het Unitaire octrooi niet nodig. In een overgangsperiode, van maximaal 12 jaar, moet nog wel één verdere vertaling worden ingediend. Als het octrooi verleend is in het Duits of Frans, moet een vertaling in het Engels worden verschaft.

Rechtspraak

De rechtspraak zal, zoals gezegd, geregeld worden middels een verdrag tussen de EU-lidstaten. Het met dit verdrag samenhangende, Eengemaakte Octrooigerecht (EOG) - ook wel 'Unified Patent Court (UPC)' - zal zich buigen over inbreuk en nietigheid van zowel Unitaire octrooien als van nationaal gevalideerde Europese octrooien. Er komt een rechtbank voor eerste instantie en een Hof van Beroep. De rechtbank voor eerste instantie zal een centrale divisie hebben en daarnaast locale en regionale divisies.

Het verdrag zal in werking treden wanneer een bepaald aantal EU-landen het heeft goedgekeurd. Afgesproken is dat de verordeningen voor het Unitaire octrooi pas in werking kunnen treden wanneer het EOG is opgezet en functioneert.

Invoering

Sinds eind 2010 zijn de ontwikkelingen rond het Unitaire octrooi in een stroomversnelling geraakt. Het Europees Parlement heeft in het najaar van 2011 de verordeningen voor het Unitaire octrooi behandeld. Die verordeningen zouden over niet al te lange tijd kunnen worden vastgesteld. Problemen zijn er nog wel ten aanzien van het rechtspraakverdrag. De EU-lidstaten onderhandelen daarover, maar het is eind 2011 niet gelukt om een akkoord te bereiken. Eén van de punten waarover geen overeenstemming kon worden bereikt was de zetel van de centrale divisie. München, Parijs en Londen en mogelijk ook Den Haag zijn daarvoor in de race. In juni 2012 probeert men alsnog daarover overeenstemming te bereiken. Daarnaast moet men nog beslissen over een aantal inhoudelijke punten.

Onzeker is dus wanneer het Unitaire octrooi van start kan gaan. De meest optimistische verwachting is per 1 januari 2014.

Het Unitaire octrooi zal in de toekomst belangrijke voordelen hebben voor de gebruikers: sterk verminderde kosten door het wegvallen van vertalingen, en een uniforme rechtspraak. De vraag is of octrooihouders gebruik zullen gaan maken van het Unitaire octrooi of de voorkeur geven aan het huidige octrooisysteem. Men zal vertrouwen in het rechtssysteem moeten krijgen, en de hoogte van de jaarlijkse instandhoudingstaxen zal acceptabel moeten zijn.